Met 2 jonge priesters en drie aspiranten voor zijn onderneming droef Melchior de Marion Brésillac op 8 december 1856, feestdag van Maria's Onbevlekte Ontvangenis, in een kerk in Lyon een nieuwe missionaire onderneming op aan Maria. De Sociëteit voor Afrikaanse Missiën SMA, was geboren. In december 2006 was dat honderdvijftig jaar geleden.


bresilac.jpgMelchior de Marion Brésillac, geboren in 1813 te Castelnaudary in het zuiden van Frankrijk als oudste van de vijf kinderen, was van adellijke afkomst. Melchior heeft later veel geschreven en dagboeken bijgehouden, doch heel weinig over zijn jeugd. Zijn bemerkingen hierover waren niet enthousiast, hij had er te pijnlijke herinneringen aan. Als gevolg van de Franse revolutie was de familie alles krijtgeraakt.

Hoewel vader de Marion Brésillac voor zijn zoons een militaire carrière in gedachten had, wilde Melchior priester worden. In 1838 ontving hij de priesterwijding en werd kapelaan. Het gaf hem te weinig voldoening. Al vlug sloot hij zich aan bij de 'Missions Etrangères de Paris', een nog steeds bedstaande Franse missiecongregatie. Een jaar later, in 1842 vertrok hij naar India en werd, na een half jaar dtudie van taal en gewoonten, benoemd voor de missie van Salem. In 1846, op de zeer jonge leeftijd van 32 jaar, werd hij bisschop van het nieuw opgerichte missiegebied van Coimbatore. Zijn missiearbeid als priester en bisschop kent twee opmerkelijke aandachtsvelden.

De opleiding van inlandse geestelijken was vanaf het allereerste begin al een prioriteit. Zijn dagboeken en aantekeningen staan vol bemerkingen hierover. Zijn missie in India kon slechts slagen met een eigen inlandse geestelijkheid en hiërarchie. Hij was met die opvatting zijn tijd ver vooruit. Maar nog meer met zijn andere overtuiging: de aanpassing aan de Indiase cultuur en gewoonten.

Het kastenstelsel en de vraag hoe het christelijke geloof in te passen in de Indiase cultuur was oorzaak van grote verdeeldheid onder de missionarissen. Sommige vonden dat de oude Malabaarse ritus de voor India aangewezen weg was, andere pleitten voor de Romeine ritus van de universele kerk. Bisschop Melchior wilde helderheid voor de pastorale praktijk. De interpretatie van de pauselijke richtlijnen liet veel te wensen over en zijn fijngevoelig geweten kon daar niet mee overweg. Hij besloot zijn bisschopszetel op te geven en naar Rome te gaan om daar de zaak nog eens voor te leggen. Met pijn in het hart verliet hij in 1854 India. Met onvervulde idealen, ontgoocheld en teleurgesteld om in Rome voor een oplossing te gaan pleiten.

Daar luisterde men aandachtig. Bij deze complexe problematiek van kaste en riten was voorzichtigheid vereist! Mgr. de Brésillac moest alles eerst maar eens in een gedegen rapport neerschrijven, vond de kardinaal-prefect van de Propaganda Fide. Dan kon een en ander grondig worden bestudeerd en afgewogen. Het werd wachten voor De Brésillac, enkele audiënties bij de Paus, en opnieuw wachten. 'Het is duidelijk dat de verantwoordelijken van de Propaganda deze moeilijke, gecompliceerde, delicate en gevaarlijke zaak niet willen aanpakken', noteerde hij in zijn dagboek. Had Rome maar 'ja' of 'neen' gezegd: hij zou er zich aan gehouden hebben. Maar deze situatie, waar de besluitvorming en verantwoordelijkheid op de schouders van de plaatselijke Bisschop bleef rusten, daar kon hij niet mee leven. Hij vroeg zijn ontslag als bisschop.

Hoe nu verder? De Brésillac was nog jong en in de kracht van zijn leven. Hij wilde missionaris blijven. In een brief aan de Propaganda vroeg hij de paus hem te sturen als missionaris, waar ook ter wereld, naar de mensen die dit het meeste nodig hadden (les plus abandonnés), al was het naar de binnenlanden van Afrika.

Een Franse zakenman in Dahomey zette hem op het spoor van West Afrika. Daar konden een heleboel missionarissen aan de slag. Begin 1856 ging hij opnieuw naar Rome met de vraag een gezelschap van missionarissen te mogen oprichten. Kriskras doorkruiste hij Frankrijk, predikend, bedelend en kandidaten zoekend. Eind 1856 was het zover. Met 2 jonge priesters en drie aspiranten voor zijn onderneming werd op 8 december 1856, feestdag van Maria Onbevlekte Ontvangenis, in een kerk in Lyon de nieuwe missionaire onderneming opgedragen aan Maria. De Sociëteit voor Afrikaanse Missiën SMA, was geboren, in december 2006 honderdvijftig jaar geleden.

Zes weken na aankomst Sierra Leone op 14 mei 1859 stierf Melchior de Marion Brésillac aan de Gele Koorts. Dat was op 26 juni 2009 150 jaar geleden; hij werd in Freetown begraven. Zijn missionarissen lieten er zich niet door afschrikken. Zijn gezelschap van missionarissen voor Afrika telt nu 923 leden. Ze werken niet meer alleen in Afrika, maar nu ook in India en De Filippijnen. De opleiding van lokale priesters is nog steeds een prioriteit.
j.b.