·               Thema viering: Wereld in balans
·               met suggesties voor verkondiging, liederen en gebeden, en gebruik van symboliek.
·               Eerste zondag Veertigdagentijd B-jaar    


Opening  
De veertigdagentijd is de tijd bij uitstek voor het opmaken van een balans. Niet die van onze financiën, maar die van ons be ­staan. Een bezinning op herstel van evenwicht, gesymboliseerd in het oeroude vasten. Evenwicht niet alleen in onze lichaams-, maar vooral in onze levens ­functies.
Bezinning op de credit- en debetzijde van ons bestaan.
Bezinning op de verhoudingtussen God en menstussen mens en menstussen mens en aarde.
Herstel van evenwicht, zoals in het bijbelse jubeljaar.
Zodat de wereld in balans geraakt naar het woord van de profeet Jesaja: 'Als jullie vasten, vast dan zo:
maak de strakke banden los,
verwijder het knellende juk,
laat slaven in vrijheid gaan,
bestrijd elke vorm van onderdrukking.
Deel je brood met wie honger lijdt,
haal armen en daklozen in huis,
geef kleren aan wie naakt is,
onttrek je niet aan de zorg voor je naaste.
Dan zul je stralen als de morgenzon.'(Jes. 58,6-8)  

Suggestie voor verkondiging  
Het evangelie van de eerste zondag van de veertigdagentijd schetst het begin van Jezus' openbare leven. Het speelt zich af in de woestijn, waar de duivel tegen Jezus zegt: 'Als gij de zoon van God zijt, maak dan van deze stenen brood'.
Jezus wei ­gert dat met de woorden: 'Niet van brood alleen leeft de mens, maar van ieder woord dat komt uit de mond van God.'
 Het evangelie van de laatste zondag van de veertigdagentijd is het lijdens ­verhaal. Het schetst het einde van Jezus' leven. Ook daar is weer sprake van brood. Jezus neemt tijdens zijn aller ­laatste maaltijd met de apostelen brood in zijn handen, breekt het in stukken en deelt het uit, terwijl hij zegt: 'Neemt en eet, dit is mijn lichaam'.  Brood aan het begin en brood aan het einde.
Twee verhalen die ons iets kunnen zeggen over de verdeling van de aardse goede ­ren, zodat er herstel van even ­wicht tussen mensen tot stand komt en een wereld in balans.
 Bij de bekoring in de woestijn - stenen tot brood maken - zou ­den we kunnen denken aan de bekoring om door middel van een flitsende actie de honger uit de wereld te bannen.
Een glanzen ­de show op de T.V., een opbrengst van miljoenen guldens, ge ­volgd door voedseltransporten naar de hongergebieden...
Vaak blijken dergelijke kortstondige 'tovermiddelen' meer een bevestiging van de macht van de gevers te zijn, dan dat ze echt iets oplossen. Ze houden de ongelijkheid in stand. Ze leiden bovendien niet zelden de aandacht af van de werkelijke oorzaken van armoede en honger: de onrechtvaardige verhoudingen.  
Alleen een herverdeling van de beschikbare rijkdom kan evenwicht tot stand brengen: een wereld in balans, beantwoordend aan het woord van God.
 Als Jezus aan het einde van zijn leven brood neemt, breekt en uitdeelt met de woorden: 'Neemt en eet, dit is mijn lichaam', dan toont hij ons, wat er in diepste wezen van ons allen ge ­vraagd wordt.Brood breken en delen voor de wereld betekent niet: iets verde ­len buiten onszelf. Het raakt ons eigen leven en bestaan. We moeten onszelf en onze eigen belangen durven loslaten, onszelf verdelen. Maar juist in het weggeven van onszelf ligt ons be ­houd.
Zoals Jezus zegt in het evangelie van de vijfde zondag: 'Als de graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft hij alleen; maar als hij sterft brengt hij veel vrucht voort. Wie zijn leven veilig wil stellen, verliest het, maar wie zijn leven prijsgeeft, zal het behouden en eeuwig leven'.
Een gedachte die ook in alle lezingen van Paulus tijdens deze veertigdagen ­tijd terugkeert. Het sterkst op de zesde zondag: 'Hij heeft zich vernederd door gehoorzaam te worden tot de dood aan het kruis. Daarom heeft God hem hoog verheven'.  
Van stenen brood maken lost niets op. We moeten onszelf tot brood durven maken en verdelen. Alleen zo kunnen we waarmaken wat Jezus ons vroeg toen hij het brood brak als teken van zich ­zelf: 'Doet dit tot gedachtenis aan mij'. Alleen zo kan een wereld ontstaan waarin het goed toeven is voor alle mensen. Een wereld in balans.    

Lied  
We dekken de tafel:
een woordeloos lied,
het diepe verdriet,
een ongeknakt riet.

We zullen meer plaats moeten maken.
 
We kiezen de vruchtenvan kennis en kracht.
Als zegen gedachtvoor ieder geslacht.
Er zijn nog veel monden te vullen.  

We zullen verdelenons eigen tekort,
het brood op ons bord,
het menselijk lot.
We mogen elkaar niet verspelen.  

Oogstlied: tekst: Gonny Luijpers, melodie: Herma Bulderuit: Eva's lied, twee    
of:
'Brood op tafel' (Henk Jongerius: Bijbels Liedboek, nr. 3);
'Een schaal met brood, een beker wijn' (idem, nr. 46)  

Voorbede  
Laat ons bidden tot God voor wie ieder mens evenveel gewicht in de schaal legt:  
- voor de mensen in het Zuiden,
dat hun leven en hun geluk steeds zwaarder mogen wegen
op de weegschaal van de wereld.
- voor de mensen in het Noorden,
dat zij afleren om met twee maten te meten:
mensen van gewicht en mensen die te licht worden bevonden.
- voor allen die hun leven in de waagschaal stellen voor een betere wereld,
dat zij genoeg geduld en volharding mogen opbrengen.  

God, wij zitten rond uw tafel.
Help ons, onszelf te durven breken en delen,
om zo onze wereld te verlossen.
 

Symboliek  
1. Tijdens de dienst kan voor het altaar een weegschaal staan. In de ene schaal een globe of wereldbol. In de andere schaal kunnen na de offergang de gaven worden gelegd. Symbool van herverdeling tot herstel van evenwicht.Een wereld in balans.
2. De gedachten rond brood en herverdeling (preeksuggestie) kunnen ook aanleiding zijn tot het aanrichten van een Wereld ­maaltijd. Praktische tips hieromtrent kunt u bij Vastenaktie krijgen.    

VERHAAL uit India (ook te gebruiken in een samenkomst met kinderen of jongeren)  

De wijze rechter
Voor de wijze rechter Krishna verschenen op een dag twee man ­nen. De ene was rijk en in prachtige gewaden gehuld. De andere was arm en droeg alleen maar een vuile en rafelige doek om zijn middel.
De rijke man begon onmiddellijk te schreeuwen: 'Heer Krishna, ik kom hier om mijn recht te halen. Deze man heeft grote schul ­den bij mij. Ik heb hem gedwongen om zijn huis te verkopen, zijn meubels en kleren, zijn koe en zijn geit. Maar de opbrengst was nog maar de helft van zijn schuld. Nu wil ik dat hij mijn slaaf wordt voor de rest van zijn leven. Maar dat weigert hij. Daarom zijn wij overeengekomen om onze zaak voor te leggen aan u. Uw recht ­vaardigheid is bekend in heel het land. Bij uw uitspraak zullen wij ons neerleggen.'
'Wat hebt u daar in uw hand?', vroeg rechter Krishna aan de rijke man. 'Dat is een buidel met goudstukken. De opbrengst van de be ­zittingen van deze nietsnut. Precies zoveel is hij me nog schuldig.'
'Breng mij een weegschaal', zei rechter Krishna tegen zijn ge ­rechtsdiena ­ren.Toen de weegschaal voor hem stond, beval hij de rijke man om de buidel met goudstukken in de ene schaal te leggen, zodat deze omlaag zakte. Daarna zei hij tegen de arme: 'Breng deze weeg ­schaal weer in evenwicht en je zult vrij zijn.
'
Zwijgend stond de arme man bij de weegschaal. Wanhoop stond op zijn gezicht te lezen. Langzaam vulden zich zijn ogen met tra ­nen, die neervielen in de lege schaal aan zijn kant. En toen gebeurde het wonder. De schaal met tranen zakte langzaam omlaag tot op de grond.
'In mijn weegschaal', zei rechter Krishna, 'wegen de tranen van een mens zwaarder dan al het goud van de hele aarde.' Toen sprak hij tot de rijke: 'Om het evenwicht te herstellen, zult u de arme niet alleen zijn zak met goud, maar ook nog honderd procent rente moeten terugbetalen.'  
(door Bob Papelard)